Een goed thuis is een cruciale voorwaarde voor herstel en participatie van mensen met psychische kwetsbaarheid. Toch is passende huisvesting voor deze doelgroep lang niet altijd vanzelfsprekend. Tijdens het webinar Wonen en mentale gezondheid – een samenwerking tussen de Nederlandse ggz en de Global Leadership Exchange – gingen experts in gesprek over innovatieve woonvormen, belemmeringen én kansrijke aanpakken in diverse landen.
Wonen als fundament van herstel
Stefan Poppe, spreker vanuit Nederland, benadrukte dat huisvesting niet los gezien kan worden van zorg. In Nederland kampen we met oplopende wachttijden voor beschermd wonen, tekorten aan sociale huurwoningen en onvoldoende regionale afstemming. In sommige regio’s wachten mensen met ernstige psychische aandoeningen tot wel twee jaar op passende huisvesting.
Goede regionale samenwerking blijkt essentieel. Wanneer gemeenten, woningcorporaties en zorginstellingen afspraken maken over toewijzing, begeleiding en monitoring, ontstaat ruimte voor maatwerk en snellere doorstroom. Daarbij is niet alleen méér aanbod nodig, maar ook méér diverse woonvormen die aansluiten bij de wensen en mogelijkheden van bewoners.
Leren van het Verenigd Koninkrijk, Italië en andere Europese landen: variatie en vertrouwen
Peter Molyneux, auteur van Mental Health and Housing: a review (2022), deelde inzichten uit diverse succesvolle initiatieven in het VK. Daar is veel ervaring opgedaan met uiteenlopende woonvormen, zoals Housing First, kleinschalige woonunits met begeleiding en zogenaamde floating outreach-teams. Zijn belangrijkste les: geen mens is gelijk, dus ook het woonaanbod moet divers zijn.
Hij wees erop dat herstelgerichte zorg, samen met het respecteren van mensenrechten, centraal moet staan in iedere woonvorm. Niet de stoornis, maar het perspectief van de bewoner vormt het uitgangspunt. Die benadering vraagt om professionals die ruimte durven geven, maar ook scherp zijn op signalen en risico’s.
‘Discharge to assess’: snel schakelen tussen zorg en wonen
Een bijzonder voorbeeld uit het VK is het model discharge to assess: mensen verlaten na een opname zo snel mogelijk het ziekenhuis en gaan voor zes weken naar een zelfstandige woning met intensieve begeleiding. In deze periode wordt beoordeeld welk niveau van zelfstandigheid iemand aankan. Deze aanpak voorkomt langdurige intramurale zorg, bevordert herstel en verkort de wachttijd voor nieuwe patiënten.
De implementatie was niet zonder weerstand – behandelaren waren terughoudend. Maar inmiddels is het model breed geaccepteerd, mede dankzij de bewezen effectiviteit. vertrouwen, samenwerking en flexibiliteit waren werkzame factoren bij innovaties in wonen en zorg.
Voorzieningen voor mensen met een forensische achtergrond in het VK
Peter presenteerde ook een succesvol initiatief voor mensen met een forensisch verleden. In kleinschalige woonvormen met zelfstandige units en 24/7-toezicht krijgen bewoners ruimte om te groeien, terwijl risico’s professioneel gemonitord worden. Deze voorzieningen zijn goedkoper dan langdurige opname in beveiligde klinieken en leveren betere resultaten op: bewoners voelen zich gezien, veilig en verantwoordelijk.
Wonen en zorg integreren: één visie, gedeeld eigenaarschap
Een rode draad door het hele webinar was de noodzaak om wonen en zorg integraal te benaderen. Te vaak zijn het gescheiden werelden, met verschillende systemen, verantwoordelijken en doelen. Maar als beide domeinen samenwerken op basis van gedeelde waarden – zoals herstel, veiligheid en kwaliteit van leven – ontstaan betere uitkomsten én lagere maatschappelijke kosten.
Zorginstellingen en woningcorporaties kunnen veel van elkaar leren. Bijvoorbeeld over risicobeoordeling, duurzame begeleiding en hoe je bewoners betrekt bij hun woonomgeving. Cruciaal is het ontwikkelen van een gezamenlijke taal rond risico’s en verantwoordelijkheden.
Betrek de buurt: transparantie als sleutel
Tot slot sprak Peter over het belang van community engagement. Bewoners van wijken maken zich soms zorgen over huisvesting voor mensen met psychische problematiek. Open communicatie, het bespreken van zorgen en het actief betrekken van omwonenden draagt bij aan draagvlak en inclusie. Veiligheidsmaatregelen of burenbijeenkomsten kunnen helpen om vertrouwen op te bouwen.
Wat kan Nederland hiervan leren? Vier actielijnen
Uit de internationale uitwisseling kwamen vier concrete actielijnen naar voren die ook in Nederland verder geoptimaliseerd kunnen worden:
- Integreer wonen en zorg vanaf dag één
Start al bij opname met woonadviezen en betrek woningcorporaties en gemeenten tijdig, zodat mensen niet tussen wal en schip vallen bij uitstroom.
- Gebruik tijdelijke woontrajecten als opstap
Tijdelijke modellen zoals discharge to assess (versneld plaatsen in een woning, hierna verder behandelen) kunnen mensen sneller op weg helpen, mits goed begeleid en ingebed in een netwerk van zorg en toezicht.
- Vergroot de variatie in woonvormen
Niet iedereen past binnen beschermd wonen of zelfstandig huren. Tussenvarianten, met passende begeleiding, zijn noodzakelijk voor een inclusieve wooninfrastructuur.
- Investeer in buurtbetrokkenheid en communicatie
Bouw samen met buurtbewoners aan draagvlak. Transparantie, inspraak en samenwerking leiden tot inclusieve buurten waar iedereen welkom is.
De Nederlandse ggz blijft zich inzetten om deze inzichten verder te verspreiden en in de praktijk te brengen – met als doel: een passende woonplek voor iedereen met psychische problematiek.
Aansluiten en op de hoogte blijven? Meld je aan voor het Waardenetwerk Wonen en / of voor het Platform Internationaal Verbinden.