Sinds januari 2019 vergoeden zorgverzekeraars de gecombineerde leefstijlinterventie (GLI). De GLI is een leefstijlprogramma van twee jaar over gezonde voeding en bewegen. Ook is er aandacht voor thema’s die niet goed zijn voor een gezonde leefstijl, zoals stress en slecht slapen.
137.000 mensen
Voor zijn onderzoek gebruikte het RIVM de gegevens van 137.000 personen die een intake hadden tussen 2019 en medio 2024. Ongeveer 90 procent van de aanmelders begon na het intakegesprek daadwerkelijk met de GLI.
Van 50.000 personen die startten met de GLI tussen 2019 en medio 2022 kon het RIVM na tweeëneenhalf jaar follow-up tijd (dus tot einde 2024) en met zekerheid vaststellen of ze de GLI wel of niet hebben afgerond. Van die 50.000 mensen heeft 73 procent het eerste jaar afgerond. Van de personen die het eerste jaar afrondden, rondde 80 procent het volledige tweejarige GLI-traject af.
De uitval wordt kleiner in de loop van de jaren, zo laat het nieuwe RIVM-rapport zien. De uitval was het hoogst voor deelnemers die in het startjaar 2019 begonnen (50 procent). Het uitvalpercentage voor de daaropvolgende startjaren was lager met 41 procent (2020), 40 procent (2021) en 38 procent (2022).
Redenen om eerder te stoppen
Naast de data heeft het RIVM in zijn onderzoek gesprekken opgenomen met deelnemers, GLI-coaches en verwijzers. Die gesprekken gingen ook over de redenen waarom mensen het wel of niet volhielden.
Die redenen verschillen per deelnemer. Een belangrijke reden voor deelnemers om te stoppen is als het programma niet aansluit bij hun behoeften. Bijvoorbeeld als ze te weinig nieuwe kennis of praktische handvatten aangeboden krijgen. Een andere reden is dat ze geen goede klik hebben met de coach of groep. Ook stoppen sommige deelnemers door mentale of fysieke problemen.
Het valt op dat vooral mensen met een lager inkomen, een migratieachtergrond of praktische opleiding na een intake niet starten of eerder stoppen. “Uitvallers bij de GLI zijn gemiddeld jonger en hebben vaker een niet-Nederlandse herkomst”, schrijft het RIVM. “Uitvallers hebben vaker basisonderwijs, vmbo of mbo1 als onderwijsniveau en een kwetsbare financiële situatie dan afronders.”
Strengere intake
In de interviews en focusgroepen kwamen oplossingen aan bod om ervoor te zorgen dat meer mensen het programma afmaken. Een strengere intake zou ervoor kunnen zorgen dat alleen deelnemers met voldoende motivatie deelnemen. Het tekenen van een contract zou wellicht het verantwoordelijkheidsgevoel van deelnemers versterken. Verder werd onder meer geopperd om ruimte te bieden voor psychologische ondersteuning binnen en naast de GLI.
“De bevindingen laten ook zien dat het belangrijk blijft om aandacht te schenken aan de behoeften van mensen met een lagere sociaaleconomische positie om voortijdige uitval onder deze groep te verminderen”, tekent het RIVM hierbij aan.