Simona is sinds 1 mei 2025 lector GGZ, een gezamenlijke leerstoel van GGZ Rivierduinen en Hogeschool Leiden. Haar opdracht richt zich op het bevorderen van mentale gezondheidszorg, met nadruk op vroege preventie, langdurige complexe zorg en jongeren. Ze wil herstelondersteunende zorg en traumasensitief werken centraal stellen. Simona heeft twintig jaar ervaring in praktijkgericht onderzoek binnen de GGZ en heeft promotieonderzoek gedaan naar de inzet van ervaringskennis onder zorgprofessionals.
Simona wordt door Sonja van Rooijen (Movisie) geïnterviewd en met de deelnemers spreken we onder meer over:
- hoe herstelondersteunend werken verder komt door inzet van ervaringskennis,
- hoe studenten dragers van cultuurverandering kunnen worden
- en dat als scholen en praktijk nog meer met elkaar gaan samenwerken er meer vernieuwing zal ontstaan.
Uiteindelijk leidt dit tot meer empatische en effectieve zorg en ondersteuning en ook meer welzijn van alle betrokkenen.
Herstelondersteunende werken doorontwikkelen
Simona benoemt dat er de afgelopen jaren natuurlijk enorm veel mooie initiatieven zijn ontstaan, zoals inzet van ervaringsdeskundigen en zelfregiecentra. “Toch zien we nu dat herstelondersteunend werken in de ggz stagneert. Ik zie hiervoor drie oorzaken:
- Ervaringsdeskundigheid wordt tot op zekere hoogte gewaardeerd maar ook ‘gedoogd’. Ik noem dit ‘gedogen’ omdat andere professionals vasthouden aan hun eigen, vertrouwde werkwijzen.
- Ook de enorme schat aan praktijkkennis bij verpleegkundigen wordt nog te weinig gehoord. Dit komt doordat er toch een subtiele vorm van hiërarchie is binnen de ggz, waarbij kennis van psychologen en psychiaters toch vaak hoger wordt gewaardeerd.”
- En voor iedereen is het belangrijk om de ervaringskennis van cliënten te erkennen en te benutten.”
Dit vraagt van medisch specialisten om ruimte geven voor kennis en het leiderschap van verpleegkundigen, sociaal werkers, agogen en ervaringsdeskundigen.
Open zijn over eigen kwetsbaarheid als katalysator voor verandering
“Een echte verandering in houding van behandelaars begint bij het zichtbaar maken van eigen kwetsbaarheid”, aldus Simona. Zo’n 45 tot 75% van de GGZ-professionals heeft zelf ervaring heeft met psychisch lijden, maar dit blijft vaak onbesproken. Door hierover in dialoog te gaan, bijvoorbeeld via intervisiegroepen, kan er meer ruimte ontstaan voor deze kennis in de behandeling en ondersteuning. En dat leidt tot meer vertrouwen tussen hulpverlener en cliënt en tot beter aansluiten tot wat deze nodig heeft.
Simona vertelde dat ze in haar promotietijd intervisiegroepen opzette voor psychiaters en artsen in opleiding. Ze merkte dat het voor deze groep ontzettend spannend is om over eigen ervaringen te praten, omdat kwetsbaarheid vaak wordt gezien als onprofessioneel. Toch zijn er inmiddels zes intervisiegroepen voor psychiaters, en ook psychologen organiseren zich rondom dit thema.
Studenten als dragers van de verandering
Het verpleegkundig werk is van nature herstelondersteunend, vooral door de holistische benadering, shared decisionmaking en aandacht voor de totale gezondheid van de patiënt. Kornelis Jan (Hogeschool Utrecht): “Wat we nog missen is de verbinding met ervaringskennis. En hoe je die kennis dan vertaalt naar anders handelen.”
In Utrecht zien we hoe de kracht van studenten cultuurverandering kan versterken. Ze brengen nieuwe vragen mee, andere perspectieven, en vaak een open blik. Als zij leren dat hun ervaring telt, dat ze iets mogen inbrengen in het onderwijs en de zorgpraktijk, dan worden zij de dragers van de cultuurverandering. Kornelis Jan, docent bij de HU, ziet een kentering onder studenten, die meer open zijn over hun eigen kwetsbaarheid onder meer bij het initiatief “dubbeltalent” in Utrecht waar zij hun ervaringskennis delen tijdens hun opleiding en stage.
Deze ‘meervoudig betrokkenheid’ van studenten: als toekomstig professional én als mens met ervaring, levert waardevolle inzichten op, maar vraagt ook om begeleiding. Simona: “We moeten veilige plekken creëren waar studenten zich kunnen uitspreken, zonder bang te zijn voor oordeel.”
Tussen zorg en onderwijs moet de muur omlaag
Onderwijs draait om voorbeelden. Niet om wat je zegt, maar om wat je laat zien. Studenten hebben behoefte aan docenten en praktijkbegeleiders die herstelgericht denken en handelen in de praktijk brengen. Dat kan alleen maar als praktijk en onderwijs nauw samenwerken en de muur - die nu nog vaak wordt ervaren - lager wordt.
Wat helpt om de muur te verlagen?
- Les krijgen van ervaringsdeskundigen
- Oefenen met het delen van persoonlijke ervaringen, ook door docenten
- Praktijkvoorbeelden uit de ggz in de lesstof
- Regionale leernetwerken voor kennisuitwisseling en ontwikkeling tussen praktijk en onderwijs.
- Stages aanbieden voor docenten om hun kennis te vergroten en hen beter voor te bereiden op het onderwijzen van ggz-gerelateerde onderwerpen. Dat werkt goed bij GGZ Rivierduinen.
Traumasensitief werken als onderdeel van herstelondersteunend werken
Traumasensitief werken betekent in de praktijk dat je rekening houdt met de mogelijke impact van trauma op iemands gedrag, emoties en functioneren. Je gaat er dus niet automatisch van uit dat gedrag ‘probleemgedrag’ is, maar ziet het als mogelijk gevolg van eerdere ingrijpende ervaringen.
Traumasensitief werken sluit naadloos aan op herstelondersteunend werken. Het vraagt om een bescheiden, open houding waarbij het verhaal en de ervaring van de cliënt centraal staan. In de ggz wordt dit nog niet altijd toegepast, ondanks de erkenning van trauma als belangrijke factor. De huidige zorg is vaak te veel gericht op diagnose en classificatie, waardoor signalen van trauma gemist worden.
Het is belangrijk om trauma en stress snel te herkennen. Feedback vragen op verschillende manieren helpt daarbij. En niet bang te zijn om collega’s met de juiste kennis te betrekken. “Zonder feedback blijf je in je eigen bubbel. Terwijl juist herstelgericht werken vraagt om openheid.”
Stimuleer bijscholing, met name gericht op omgaan met complex gedrag.
Volgens Kornelis Jan (HU) is intervisie over professioneel handelen en ruimte voelen om twijfels en fouten te bespreken heel belangrijk om te leren.
Er wordt geconstateerd dat een belangrijke basis voor herstelondersteunend werken in ‘Leertherapie’ en supervisie zit. Het is bijzonder dat dit wel onderdeel is van de opleiding van behandelaren, maar niet van verpleegkundigen. En dat terwijl verpleegkundigen vaak worden blootgesteld aan complex gedrag. Dit gebrek aan ondersteuning kan leiden tot stress en een minder effectieve omgang met complexe situaties.
Het zou wenselijk zijn om supervisie of leertherapie verplicht te stellen voor verpleegkundigen, bijvoorbeeld door dit op te nemen in de herregistratie-eisen. Dit zou het structureel inbedden en budget vrijmaken. Het wordt aanbevolen om deze voorstellen te adresseren bij beroepsverenigingen zoals V&VN en bij de opleidingen zelf.
Leertherapie is een proces waarbij therapeuten in opleiding zelf de rol van cliënt op zich nemen onder begeleiding van een ervaren therapeut. Dit helpt hen om hun eigen issues, triggers en blinde vlekken te verkennen, wat hun empathie en begrip voor cliënten vergroot en hun therapeutische vaardigheden verbetert.
Herstelondersteunend werken raakt alle verpleegkundigen
Herstelondersteunend werken is niet alleen relevant voor de ggz. Het is net zo belangrijk op de spoedeisende hulp, in de wijkverpleging of in het ziekenhuis. “Iedere zorgprofessional krijgt te maken met mensen met een psychische kwetsbaarheid,” stelt Simona. “Ook als het niet in de functietitel staat.” Dat vraagt om bewustwording. Om een basishouding van traumasensitief en mensgericht werken in de HBO-v opleiding. Ze noemt het voorbeeld van een project op de spoedeisende hulp in Utrecht, waar traumasensitief werken wordt toegepast om te voorkomen dat mensen in korte tijd extra schade oplopen.
Welke ingangen zouden we moeten benutten dit onderwerp verder te brengen?
We bereiken via dit netwerk maar enkele docenten en praktijkcoördinatoren. Hoe kunnen we het effect en de kennis die we opdoen in dit netwerk vergroten?
Aanpassing van overladen curricula is best een klus. Toch zijn met name aanwezigen vanuit de ggz praktijk het erover eens dat er in de opleidingen basiskennis moet zijn over herstelondersteunend werken. We zien de volgende wegen:
- Gebruik landelijke platforms zoals de Vereniging Hogescholen en het LOOV/BN2030 om het onderwerp collectief te agenderen. Zet in op gezamenlijke lobby om het curriculum aan te passen, deel inspirerende voorbeelden uit de praktijk en maak een duidelijke boodschap vanuit dit netwerk.
- Benader direct curriculumcommissies van de HBO-V. Benader deze commissies direct via hun mailadres en breng het belang van herstel ondersteunende zorg onder de aandacht. Zo zorg je dat het thema op de juiste plek landt en vergroot je de kans dat er iets mee gebeurt.
- Breng vanuit de ggz je wensen in tijdens regionale werkveldsessies: Kornelis Jan (HU) denkt dat elke opleiding die wel organiseert. Daarnaast zouden praktijkopleiders vanuit GGZ-instellingen hun kennis kunnen delen met opleidingen om zo het curriculum te verbeteren. Momenten om nieuwe input voor het curriculum voor te stellen is vaak in de maanden mei-juni.
- Benut stages: Tijdens stages in de ggz kunnen studenten ook actief kennismaken met herstelondersteunend werken en kun je ze ook trainingen op dit vlak geven.
- Ontwikkel aantrekkelijke bij- en nascholingsmodules over herstelondersteunende zorg, gericht op zowel studenten als werkende verpleegkundigen. Werk samen met brancheorganisaties en praktijkopleiders om deze modules breed toegankelijk te maken.
Dit was het vierde en laatste gesprek over herstelondersteunend opleiden in het waardenetwerk. Ard Nijland, werkzaam bij team Mens en Werk van de Nederlandse ggz gaat met bovenstaande suggesties aan de slag. Wil je meedenken mail dan anijland@denederlandseggz.nl .
Vanuit dit netwerk wordt nog een thema-artikel gemaakt gebaseerd op de 4 gesprekken die we in dit netwerk hierover hebben gevoerd.